‘Dit concept is het uitgangspunt geweest van de gemeente Dordrecht bij aanvang voor de bouw van de nieuwe wijk Stadswerven,’ zo vertelt Andries Lugten, architect en oprichter van Lugten Malschaert Architecten.
‘Dit concept is het uitgangspunt geweest van de gemeente Dordrecht bij aanvang voor de bouw van de nieuwe wijk Stadswerven,’ zo vertelt Andries Lugten, architect en oprichter van Lugten Malschaert Architecten.
Het binnenstedelijk karakter van de wijk was het uitgangspunt bij alle projecten. En het is uiteindelijk de bedoeling om dit karakter terug te gaan vinden in de gebouwde omgeving. Hierbij kun je denken aan bouwmassa, diversiteit in grootte, kleur, materiaalgebruik, metselwerk en de karakteristiek van de openbare ruimte. Al deze onderdelen moeten uiteindelijk aansluiten op de sfeer van de Dordtse binnenstad.
Andries Lugten is één van de betrokken architecten die zich bezig heeft gehouden met een aantal reeds bestaande plannen in de wijk én met nog te realiseren plannen. Met zijn maar liefst 45 jaren aan ervaring, binnen het vak, is Andries een absolute bekende in de Dordtse binnenstad, maar ook daarbuiten. Op, en met hem, kun je letterlijk bouwen. Het afgelopen jaar is het architectenbureau gewisseld van eigenaar. Bertil Dekker oud-collega en oprichter van Stijl Architectuur zet de oudste praktijk van Nederland voort en is de nieuwe eigenaar geworden van Lugten Malschaert Architecten. Andries blijft betrokken bij de praktijk en kan zich volledig gaan wijden aan wat hij het liefste doet: ontwerpen.
‘Kan het beter?’ En ‘wil ik er zelf wonen?’ ‘Het zijn een tweetal vragen die ik mezelf altijd stel,’ aldus Andries. De behoefte aan veranderen, iets nóg beter maken, is zijn drijfveer. Die karaktereigenschap zit er al van jongs af aan al ìn gebakken.
‘Toen ik eens uit school kwam en er was nog niemand thuis, kreeg het idee om de woonkamer anders in te richten; het bankstel gedraaid, een kast verschoven, de lampen verzet, end. Toen mijn moeder thuiskwam uit haar werk, stond alles anders. Ik keek naar uitzicht, naar licht, naar looplijnen. Ze werd ook niet boos en het mocht zo blijven staan. Toen ik in die tijd, dwars door Zuidhoven, naar school fietste, zag ik deze wijk van de grond af ontstaan. Op de bebording langs het bouwterrein zag ik de namen van de bedrijven; het bouwbedrijf, de loodgieter, de schilder en van de architect alleen zijn eigen naam, met zijn voornaam er ook bij. Dat wilde ik ook. En zo is het gelopen.’
‘Bouwen is voor mij een samenspel als in een orkest, er is een dirigent en er zijn specialisten op elk instrument. Met bouwen is het net zo: vanaf de eerste vraag tot de uiteindelijke realisatie hoort de architect de spin in het web te zijn, de bindende factor die ervoor zorgt dat de uitvoering van zijn project klopt met het ontwerp, de kwaliteit en het juiste materiaal’. Binnen Stadswerven is Andries bijvoorbeeld zeer tevreden met het reeds gebouwde pand ‘Lighthouse.’ ‘Als je de wijk binnenrijdt, ligt dit plan aan de buitenkant van de wijk recht tegenover het Energiehuis aan de Noordendijk. In het ontwerp hebben we daar een relatie mee willen leggen, door het metselwerk en de vorm van de puien daarop af te stemmen. Daarbij heeft het een prachtig afgeronde glazen pui op de hoek. Hiermee is dit gebouw een soort stedelijke schemerlamp geworden; een begroeting bij het thuiskomen. De naam ‘Lighthouse’ past hier dan ook als een huis. Leuk weetje is overigens dat Andries aangeeft bij het stedenbouwkundig ontwerp met het moeilijkste gedeelte te beginnen: de hoek. ‘Hoe gaat een gebouw de hoek om?’ ‘Dit is binnen mijn vakgebied een belangrijke vraag en het uitgangspunt voor een ontwerp. Hiermee bedoelen we dat het belangrijk is om te zorgen voor de belevingswaarde en een goede aansluiting op de openbare ruimte met ramen op de juiste plek die de omgeving en het woongenot eer aan doen. In de Dordtse binnenstad zie je bijvoorbeeld heel duidelijk terug dat alle panden ‘lekker de hoek omgaan.’ Dat willen we op Stadswerven dus net zo goed realiseren.’
‘Er komen nog een aantal mooie plannen aan in de wijk waar we op dit moment al druk mee bezig zijn. De ontwerpfases zijn volop gaande en beloven zeker weer het stadse karakter met zich mee te nemen.’ ‘We doen het echt samen en dat is geweldig; de opdrachtgever OCW, de gemeente, het Q-team, de adviseurs, de bouwers en de collega’s van het architectenbureau. Met elkaar blijven we toetsen of er goed aan de vraag wordt voldaan. We zijn kritisch en dat is de bedoeling, daar wordt het altijd nóg beter van.’ Op de vraag wat voor Andries het grootste compliment zou zijn is hij heel duidelijk. ‘Als we er uiteindelijk in geslaagd zijn om het uitgangspunt van het oorspronkelijke concept vast te houden. Dat betekent dat Stadswerven geen buitenwijk gaat worden, maar dat men de Dordtse binnenstad herkent in Stadswerven.’